We zijn allemaal geïnteresseerd in de toekomst, want dat is waar we onze tijd gaan doorbrengen.

By april 13, 2019 mei 7th, 2019 Algemeen

De natuur bevindt zich in vrije val en de ondersteuningssystemen van de planeet zijn zo uitgerekt dat we te maken hebben met grootschalige uitsterving van soorten en massale menselijke migratie, tenzij er dringend actie wordt ondernomen. Het is een grimmig perspectief.

We hebben de afgelopen jaren een hoop brute en angstaanjagende waarschuwingen gezien over de bedreiging die de klimaatverandering in het leven met zich meebrengt. Veel minder gesproken, maar net zo gevaarlijk, zo niet meer, is de snelle achteruitgang van de natuurlijke wereld als samenhangend geheel. Landdegradatie, verlies van biodiversiteit en klimaatverandering zijn drie verschillende gezichten van dezelfde centrale uitdaging: de steeds gevaarlijkere impact van onze keuzes op de vitaliteit van onze natuurlijke omgeving.

‘A crime is something someone else commits. Someday, perhaps not very long from now, the inhabitants of a hotter, more dangerous and biologically diminished planet than the one which I lived may wonder what you and I were thinking or whether we thought at all. Of course we did it to ourselves; we had always been intellectually lazy, and the less asked of us, the less we had to say’. William Vollmann.

Het is aan ons.

De stad is bij uitstek het schaalniveau waarop be­langrijke maatschappelijke, ecologische en technologische uitdagingen zich manifesteren. Uitdagingen die zich steeds meer en exponentieel voltrekken. Hoe kunnen we nieuwe perspectieven, samenwerkingsverbanden en paradigma’s concreet toepassen in de stad; wat werkt wel en wat niet? Van­uit een multidisciplinaire aanpak zullen oplossingen gevonden moeten worden. Oplossingen die vragen om een radicaal nieuwe benadering.

Een nieuwe geïnspireerde betrokkenheid van burgers en bedrijven, verandering van bestuursmodellen, en circulair energie- en grondstofgebruik. Zaken als klimaatverandering, het benutten van digitalisering voor veilig en goed functionerende, en ook gezonde steden en het verbeteren van het stedelijke ecosysteem, alsmede het aansluiten op de diversiteit aan behoeften van bewo­ners en bedrijven zijn van cruciaal belang.

Steden moeten anticiperen op toekomstige uitdagingen en op lange termijn consequenties van veranderingen, op lokaal, nationaal en mondiaal niveau. Het vinden van nieuwe evenwichten, zelfs in een instabiele context.

De vraag is niet zozeer óf onze steden zullen transformeren naar intelligent cities, maar hóe we deze nieuwe digitale stad opti­maal laten functioneren. Kunnen we de digitalisering van de stad ten goede laten komen aan de leefbaarheid, eco­nomie, gezondheid en veiligheid van de samenleving? Veel maatschappelijke vraagstukken en uitdagingen die een grote impact zullen hebben op de stedelij­ke gebouwde omgeving of waarvan een deel van de oplossing in de stedelijke gebouwde omgeving gecreëerd zal worden, moeten een plek krijgen in de stad: stedelijke groei, vergrijzing, nieuwe indus­triële processen, energietransitie, klimaatverande­ring, veranderende mobiliteit, datacommunicatie en digitalisering van de gebouwde omgeving.

De huidige productie- en consumptiemodellen zijn onhoudbaar. De totale vraag naar beperkte grondstofvoorraden zou in 2050 400 procent van de totale capaciteit van de aarde kunnen bereiken. Ondertussen zijn de veilige grenzen voor vier van de negen belangrijkste ecologische processen en systemen die de stabiliteit en veerkracht van het aardesysteem regelen al overschreden. De overeenkomstige economische gevolgen van deze huidige trends zullen ernstig zijn, met wereldwijde prijsvolatiliteiten en onderbrekingen in de toeleveringsketen die leiden tot verlies van economische groei. Het circulaire-economiemodel is een nieuw antwoord op deze uitdagingen. Het biedt overheden, bedrijven en consumenten een aanpak om de waarde te maximaliseren en afval te elimineren door het verbeteren (en in sommige gevallen transformeren) van de manier waarop goederen en diensten worden ontworpen, geproduceerd en gebruikt. Dit zal ondersteund (kunnen) worden door technologie gericht op het ontwikkelen van intelligente producten en diensten, flexibele productiesystemen ontwerpen, en technologieën die nodig zijn voor nieuwe producten, diensten en fabricagemethoden. Deze circulaire smart industry zal zijn weerslag hebben op de samenleving. Door een combinatie van digitalisering, koppelingen van intel­ligente systemen en nieuwe technologieën wijzigen niet alleen productieprocessen in de industrie, maar uiteindelijk ook businessmodellen, beroepen en consumptiepatronen. Door smart products (personalization) and services (servitization) omvat smart industry ook de dienstensector, gaande van onderhoud, logistiek, productontwerp en distributie tot aan handels-, bancaire en verzekeringsdiensten. In economische termen om­vat de brede definitie smart industry alle export en een groot deel van ons bruto nationaal product. Intelligente systemen, machines en robots communiceren onder­ling met elkaar, sporen zelf fouten op en herstellen die fouten. Om die processen in goede banen te leiden, is krachtige software continu bezig om enorme hoeveel­heden gegevens vanuit sensoren en klantwensen au­tomatisch te combineren, analyseren en interpreteren. Het gevolg is dat industrieën veel efficiënter draaien. De processen worden sneller, duurzamer en goed­koper. Dat geldt overigens niet alleen voor fabrieken, maar ook voor ziekenhuizen en alle andere processen die draaien om productie en logistiek. Beide benaderingen zijn gericht op een koolstofarme economie, economische groei, innovatie en nieuwe technologieën, grijpen in op systeemschaal en op een dieper niveau van innovatie – zowel zakelijk als technologisch.

De manier waarop burgers en de samenleving met arbeid omgaan, verandert sterk door de komst van nieuwe technologie, robotisering en digitalisering van productie en kenniswerk. Ook toenemende sociale ongelijkheid en culturele diversiteit, demografische verschuivingen en de veranderende opvattingen over publieke dienstverlening grijpen in op de verhou­dingen op en rond het werk. De werkplek fungeert als plaats om ervaring en vaardigheden op te doen. Bovendien heeft het werkende deel van de bevolking het gevoel dat men ‘meedoet’.

De beroepsbevolking moet mogelijkheden krijgen om nieuwe competenties aan te leren die nodig zijn om te kunnen blijven participeren. Daarnaast moeten bedrij­ven en organisaties mogelijkheden bieden en de wil hebben om te streven naar inclusiviteit, zodat ieder­een kan meedoen. Technologie levert daarbij kansen op, bijvoorbeeld door een positief effect uit te oefenen op de zelfredzaamheid van ouderen of de re-integratie van mensen met een beperking, en daarmee op hun mogelijkheden tot participatie. Maar tegelijkertijd staan arbeidsrelaties, sociale netwerken en vangnetten onder druk, wat potentieel tot spanning leidt.

De impact van de technologische versnelling gaat dieper en grijpt in op drie niveaus van complexiteit: niveau 1) de directe impact van een enkele technologie; niveau 2) de manier waarop een technologie een socio-technische systeem en bijbehorende sociale en culturele patronen beïnvloedt, en niveau 3) de impact van technologie op mondiaal niveau. Digitalisering maakt het mogelijk om grote hoeveelheden informatie over de materiële, biologische en sociale wereld te vergaren, te analyseren en die kennis weer toe te passen. Denk aan de zelfsturende auto die gebruik maakt van digitale kaarten en met elke afgelegde meter extra informatie toevoegt aan die digitale kaart. Zo ontstaat er een cybernetische loop tussen de fysieke en de digitale wereld. Nieuwe technologieën – van kunstmatige intelligentie tot synthetische biologie – gaan de wereld, de menselijke conditie en ons mens-zijn ongekend veranderen.

Daarbij zullen migratie, globalisering en technologie leiden tot pola­risering, culturele tegenstellingen en sociaaleconomi­sche ongelijkheid. Er komen nieuwe netwerken en gemeenschappen tot stand, die nieuwe bena­deringen vragen en bieden. Organisaties zien zich gedwongen om hun visies en praktijken te herijken, teneinde hun doelen en doelgroepen te bereiken. Op dit kruispunt van sociale continuïteit en verandering ontstaan belangen en visies die met elkaar concurre­ren of zelfs conflicteren. Dit perspectief op die snel veranderende pluriforme samenleving roept om bezin­ning en herziening, maar tegelijkertijd om actie. Het verminderen van ongelijkheid door het nastreven van inclusieve ontwikkeling, is een funda­menteel doel. Een aanpak met een sterke coherentie met oog voor samenhang, mogelijke synergie en mogelijke tegenstellingen of uitruil tussen verschillende beleidsterreinen. Onderwijs- en culturele instellingen dienen nieuwe mondiale en technologische perspectieven te inte­greren en daarbij ook laaggeletterden te betrekken. Zorginstellingen, levensbeschouwelijke organisaties en publieke media hebben handvatten nodig om nor­matieve en levensbeschouwelijke kwesties bespreek­baar te kunnen maken en ernaar te kunnen handelen.

De veranderende verhouding tussen de mens, ge­zondheid, infrastructuur, energie, milieu, licht, geluid, gebouwen en groen in de slimme stad zijn onderwerp van onderzoek, waarbij architectuur, omgevingspsy­chologie, gezondheidszorg, planologie en stedelijk ontwerpen elkaar raken. Een stad waarin de ge­bouwde omgeving op flexibele wijze uiteenlopende en voortdurende veranderende activiteiten en interacties faciliteert; een stad ook met openbare ruimte die ook vanuit sociaal oogpunt een belangrijke functie vervult. De toekomstige stad vereist veerkracht, flexibiliteit, verbeterde en snellere ontwerpprocessen, terwijl de stad bestaande kwaliteiten en cultureel erfgoed dient te bewaren. De stad dient fysiek zo ingericht te zijn dat nieuwe functies kunnen worden geabsorbeerd, bestaande functies eenvoudig kunnen veranderen, calamiteiten opgevangen kunnen worden en grote verstoringen in processen gedempt en de stad versterken, evolueren: anti fragility en­gineering. Onderzoek is nodig naar nieuwe ruimte­lijke ontwerp- en planningsconcepten, ingrepen en onderhoud zonder overlast voor bewoners, zodat de processen in de slimme, fysieke stad optimaal kunnen plaatsvinden binnen schaarse ruimte, en het intensie­vere en multi-purpose gebruik.

Dit alles vraagt om een systematisch onderbouwd handelingsperspectief op samenleving, economie en governance van de toekomst. Dit perspectief wordt ontwikkeld in interactie met de maatschappelijke, cul­turele en economische actoren die daardoor nieuwe handvatten verkrijgen voor beleid en implementatie. Platforms en een infrastructuur zijn nodig voor het dichten van de innovatiekloof tussen weten­schap en praktijk en om de samenwerking tussen partners die elkaar nu nog niet altijd goed weten te vinden. Platforms om daadwerkelijk een ecosysteem in te kunnen richten waarin onderzoek en kennisinstellingen uit maatschappij en bedrijfsleven elkaar op dit terrein kunnen versterken.

Als gevolg van onzekerhe­den, tegenstrijdige waarden, veranderende rand­voorwaarden en onderlinge afhankelijkheden is het doorzien en begrijpen van een stedelijk -dynamisch complex- systeem niet eenvoudig. Echter, het blijven vasthouden aan deeloplossingen leidt tot nieuwe problemen. De systeembenadering is een wetenschappelijke benadering die beoogt het geheel te overzien in plaats van zich te concentreren op afzonderlijke deelsystemen. Het gedrag van een systeem is geen simpele keten van oorzaak-gevolgre­laties maar een samenspel van onderling wissel­werkende deelsystemen, waarbij terugkoppeling een belangrijke rol speelt. Hoe hebben interventies binnen een deelsysteem invloed op inclusieve ontwikkeling van het geheel?

Systeembenaderingen zijn al ontwikkeld binnen de sociale wetenschappen, natuurwetenschappen, tech­nische wetenschappen en medische wetenschappen. Om als werkelijke gamechanger te kunnen fungeren moeten die nu met elkaar worden verbonden. Zo’n integrale systeembenadering van de stad, de wijk, de buurt als geheel draagt bij aan horizontale en verticale beleidscoherentie.

Het ligt in de aard van ingewikkelde problemen dat interventies niet-voorspelbare en moeilijk meetbare gevolgen hebben. Noodzakelijke en integrale onder­delen van deze gamechanger zijn dan ook het op een wetenschappelijke wijze monitoren van inclusieve ontwikkeling en meten van impact. Dit vereist een operationele definitie van doelen en van meetbare voortgangsindicatoren. Het definiëren en uitwerken van toetsbare indicatoren en van een meetprocedure op mondiale schaal is een grote wetenschappelijke en politieke uitdaging die goed past bij het gamechanging karakter van de systeembenadering. De openbare toegankelijkheid van big data kan hierbij van dienst zijn.

Zo geven we, als voorbeeld, met nieuwe intelligente modellen en programma’s richting aan de transfor­matie van de samenleving en ondersteunen die tege­lijkertijd. Dit is cruciaal voor het succesvol aangaan van uitdagingen – bijvoorbeeld die op ecologisch en technologisch gebied – waarvoor de kracht van de samenleving het onmisbare fundament is. Hierbij wordt optimaal gebruik gemaakt van de dynamiek die in de maatschappij zelf besloten ligt. Deze degelijke, wetenschappelijke basis draagt bij aan transparantie en reflectie en is van belang om tussentijds te kunnen bijsturen en een hogere doelmatigheid te kunnen bereiken.

2 Comments

  • Hoi Arie, mooi artikel! In onze tijd bij NovioConsult hebben we al eens samen gebrainstormd over en gewerkt aan integrale wijkconcepten. Het heeft ons allebei niet losgelaten valt me op. Met de all inclusive wijk zijn we een nieuwe, integrale manier van werken daadwerkelijk in de praktijk aan het brengen. We integreren ook systemische principes in onze aanpak. Vind je het leuk binnenkort eens bij te praten en of we samenwerkingsmogelijkheden zijn? Groetjes Carla Onderdelinden

Leave a Reply


− 3 = een